Luistervaardigheid Frans : Vocabulaire, Grammatica

Luitervaardigheid Frans : Vocabulaire, Grammatica. Frans leren à la française. Vivienne Stringa

Luistervaardigheid Frans
Vocabulaire

Een serie van tien audiofragmenten om een woordenschat van ongeveer 800 woorden op te bouwen die een essentiële rol spelen bij het begin van het leren van de Franse taal. Deze selectie wordt aangevuld met korte voorbeelden uit diverse situaties en is verdeeld in vier categorieën:
— Zelfstandig naamwoorden die personen, dingen of ideeën aanduiden.
— Werkwoorden die een actie aangeven.
— Bijvoeglijk naamwoorden
— Bijwoorden

Luistervaardigheid Frans
Grammatica

Een serie van 12 audiofragmenten waarin een aantal onderwerpen uit de Franse grammatica aan bod komen die belangrijk zijn bij het begin van het leren van de Franse taal.
De verschillende items worden op een illustratieve manier gegeven, in plaats van een beschrijvende manier. Hiermee kunnen de leerlingen of studenten geholpen worden om taalkundige basisstructuren te begrijpen om zo hun communicatieve vaardigheden te verbeteren. Elk hoofdstuk kan apart worden bestudeerd, de onderwerpen hieronder staan op willekeurige volgorde.

Vocabulaire

Zelfstandig naamwoorden - 1 : Gezin en huis 
Meer


Zelfstandig naamwoorden- 2 : Eten en maaltijden 
Meer

Zelfstandig naamwoorden- 3 : Lichaam en kleding

Meer

Zelfstandig naamwoorden- 4 : Plaatsen en vervoer
Meer

Substantifs - 5 : Natuur en dieren
Meer

Werkwoorden - 1 : Voornaamste werkwoorden 
Meer

Werkwoorden - 2 : Communicatie, emoties en beweging 
Meer

Bijvoeglijk naamwoorden - 1 : Kleuren, afmetingen, materiaal, smaak
Meer

Bijvoeglijk naamwoorden - 2 : Uiterlijk, karakter, abstract
Meer

Bijwoorden & uitdrukkingen : Tijd, plaats, hoeveelheid, manier en vraagwoorden
Meer

 
   Ook te raadplegen:
Luistervaardigheid van het Franse vocabulaire.

 

Grammatica

Vragen stellen
Meer


Ontkenning
Meer

Lidwoorden: bepaald, onbepaald en delend lidwoord
Meer

Voorzetsels: "À", "EN", "DE" en "CHEZ"
Meer

Voornaamwoorden 1: persoonlijk en wederkerend
Meer

Voornaamwoorden 2 : "Y" en "EN"
Meer

Betrekkelijk voornaamwoord: "QUI", "QUE" en "OÙ"
Meer

Bezittelijk voornaamwoorden
Meer

Toekomende tijd: "aller" + hele werkwoord
Meer

Voltooid deelwoord met hulpwerkwoord en onvoltooid verleden tijd
Meer

Tijdsaanduiding: "depuis", "il y a", "pendant", "dans", "pour"
Meer

Gérondif: gelijktijdige acties
Meer